Chocoladekoekjes

Kinderen vinden het fantastisch om chocoladekoekjes te maken. Je kan op elk moment al wat zoets eten (ook als de koekjes nog niet gebakken zijn) en je kan nog lang genieten van het resultaat (al zijn ze meestal snel op).
Het is een leuke activiteit tijdens het weekend en veel leuker dan in de zetel voor tv hangen.

Ingrediënten :

• 300gr melkchocolade (oude paaseitjes of sinterklazen gaan ook perfect)
• 200gr zachte boter
• 100gr kristalsuiker
• 150gr kinnekessuiker (cassonade suiker)
• 2 eieren
• 300gr bloem
• 1 lepel vanille-extract (je kan dit ook vervangen door 1 zakje vanillesuiker)
• 1 theelepel zuiveringszout (natriumcarbonaat) wat de gisting op gang zal brengen

Bereiding :

Stap 1 : verwarm de oven op 180°C

Stap 2 : steek de chocolade in een kom en sla hem stuk met de stick van je veizel. Je kan hem ook in een zak steken en de kinderen hem te lijf laten gaan met de deegrol. Dingen kapot doen is altijd leuk hé :-)

Stap 3 : Meng in een mengkom boter, kristalsuiker, cassonade zodat je een glad mengsel krijgt. Klop je eieren los en meng ze één voor één onder het mengsel. Voeg de overige ingrediënten toe (incl de chocolade die intussen wel helemaal stuk zal zijn)

Stap 4 : dek een bakplaat af met bakpapier en laat de kinderen hierop kleine torentjes van het mengsel maken. De koekjes zullen tijdens het bakken vanzelf doorzakken en mooie ronde schijfjes worden. Als je bakfiguurtjes hebt (ijzeren ringetjes in verschillende vormen), kan je deze vullen, dan krijg je nadien leuke vormpjes. Wel opletten dat de vormpjes niet te fijn zijn, want dan krijg je de koekjes niet goed uit de bakvormen. 

Stap 5 : bak de koekjes in 10 à 15min tot ze mooi goudbruin zijn en wacht... (zoals je ziet vinden Sem & Lucy het leuker om naar de koekjes te kijken dan naar tv te kijken). Ze zullen nog slap zijn als je ze uit de oven haalt, maar zodra ze beginnen af te koelen worden ze steviger. Laat ze nog enkele minuten op de bakplaat liggen, voordat je ze overbrengt naar een metalen rooster om verder af te koelen. Als je er niet af kan blijven, dan eet je er maar al één op uiteraard.